Selecteer een pagina

Nooit gedacht dat ik na een kwart eeuw dromen nog zó blij zou zijn met mijn eerste paar zwarte balletschoentjes. Van die zachte leren, met veters en een stoffen bewaarzakje. Als klein meisje was balletles mijn vurige wens, maar volgens moederlief was het a/ te duur, b/ twee keer per week dus te druk en c/ buitendorps dus te ver weg. En majorettes waren ook leuk. Toch voelde ik me, marcherend over straat in lompe witte laarzen en zo’n Russische bontmuts op mijn hoofd bepaald geen sierlijke roze ballerina. Maar dat kreeg ik mijn feministische moeder, die toen nota bene op timmerles zat, niet uitgelegd.

Afgelopen jaar realiseerde ik me weer hoe groot de liefde voor dans altijd was. Sindsdien wiegen manlief en ik elke week gelijkmatig de heupen op salsales. En zit ik sinds enkele maanden op jazzballet! Speciaal voor oude vellen, dat wel, want het contrast met huppelende veertienjarigen is inmiddels wel erg schril. Ik dans in een balletzaal met een oude parketvloer en grote spiegels, waarin ik mijn logge lijf volg, terwijl het armzalige pogingen doet te imiteren wat juf Ingrid zo gracieus voordoet. Ik ben ronder dan dat spinnetje van toen. Ik leer minder snel en blijk stukken minder talentvol dan ik mezelf 25 jaar lang heb voorgehouden. Maar hoewel deze oude liefde enorm roestig blijkt, maakt ze mij met terugwerkende kracht dolgelukkig.